De onbereikbare ouder, is dat een mythe?

onbereikbare ouder een mythe

Hoe kunnen leerkrachten met ouders samenwerken aan opvoeding? Dat is de hoofdvraag in het promotie-onderzoek van Mirjam Stroetinga. In een reeks blogs schrijft ze over waardevolle wetenschappelijke studies, die ze tijdens haar studie tegenkomt, maar het basisonderwijs nog niet bereiken. Deze derde blog gaat over onbereikbare ouders: ouders die steevast de verplichte infoavond missen of zelfs na telefonische uitnodiging niet op gesprek komen. Zijn ze echt onbereikbaar?

Door Mirjam Stroetinga

Het kwam weer eens ter sprake: ouders, die je nooit ziet op school. Herkenning alom bij onze pabostudenten, die klaar zaten voor een trainingsmiddag met twee acteurs over het voeren van oudergesprekken. Ouders die steevast de verplichte informatieavond missen. Ouders die zelfs na een expliciete telefonische uitnodiging nog niet komen opdagen bij het zo belangrijke tienminutengesprek.
Er werd gezucht in de collegezaal. Ja, elke derdejaars student kende wel zulke ouders, of had op z’n minst over hen gehoord in de koffiekamer van de stageschool.

Niet willen of niet kunnen

Het gesprek onder de studenten deed me denken aan werk van de Amerikaanse onderzoekers Cheng Ji en Sally Koblinski uit 2009. Zij spraken Chinese migrantenouders over hun betrokkenheid bij de school van hun kinderen. De ouders vertelden over hun lange werkdagen, waardoor ze niet op ouderavonden konden verschijnen of konden helpen op school. Geld verdienen vonden zij erg belangrijk, want daarmee konden ze de huiswerkbegeleiding, de leermaterialen en de weekendschool van hun kinderen bekostigen. Zijn onzichtbare ouders wel zo weinig betrokken als we vaak denken?

De kracht van stoute schoenen

In 2011 deden de Amerikaanse onderzoeksters Janice Kroeger en Martha Lash een boeiende ontdekking. Ze gaven de studenten van hun lerarenopleiding een uitdagende opdracht: interview een ouder uit je stageklas, die moeilijk te bereiken lijkt en ga hierin zo open en blanco mogelijk te werk.

De studenten ontwierpen zelf de interviewvragen. Ze hoopten meer te leren over de achtergrond en thuissituatie van het kind en over wat ouders fijn vonden in de contacten met school. Meerdere studenten maakten mee dat hun mentor er geen vertrouwen in had dat het de student zou lukken de ouder te spreken te krijgen; andere mentoren raadden de student aan liever een andere ouder te kiezen. Maar… alle studenten hielden vol en het lukte ze allemaal om in gesprek te komen met deze ‘onbereikbare’ ouders.

Er valt wat te ontdekken!

De ontdekkingen die deze studenten deden waren indrukwekkend. Zo ontdekte een student dat de ‘ouders’ van de leerling eigenlijk zijn biologische grootouders waren. Hoewel het kind al jaren op deze basisschool zat, was dit niet bekend op school.

Een andere student besloot met haar leerling mee te reizen naar huis. Na veertig minuten in de lokale bus arriveerden ze in een arme wijk. De student concludeerde: “Het is veel makkelijker om te begrijpen waarom ouders niet op school komen, als je geen auto’s op de oprit ziet staan en er nog vier kleine kinderen in huis zijn.”

Ook inhoudelijk leverden de interviews de studenten veel op. Zo vertelde een student: “Ik had het kind nog nooit met zijn moeder samen gezien. Toen ik haar bij haar thuis interviewde, zag ik hoe close moeder en kind waren en hoeveel het kind thuis over school vertelde.”

Wat de onderzoekers leerden

Kroeger en Lash zagen hoe studenten razendsnel hun beelden van ouders bijstelden. Ze hadden de pabo-studenten uitgedaagd om de gangbare denkmodellen over ouderbetrokkenheid los te laten en enkel nog te werken vanuit een bril van ‘samen’.

Dit aangereikte frame nodigde studenten uit om onderzoekend en lerend naar hun contacten met ouders te kijken. En het had grote impact, concluderen de onderzoekers. Ze zagen studenten hun begrip vergroten: begrip voor de kijk van ouders op hun kinderen en begrip voor de idealen die deze ouders hebben voor hun kinderen.  En ze zagen dat studenten sterker werden in het bijstellen van hun beelden van ouders: “Students empowered themselves in deconstructing and reconstructing images of families in a more just way.”

Die ene vraag stellen

Een schoolleider vertelde me hoe het op haar school maar niet lukte om allochtone ouders op de ouderavond te krijgen. Uitnodigingen laten maken door de leerlingen, aantrekkelijke onderwerpen op de agenda, niets hielp. Maar ze bleek deze ouders nog nooit gevraagd te hebben, waarom ze niet naar de ouderavonden kwamen. Ze besloot deze vraag te stellen en kwam erachter dat veel vaders in de avond werkten. Voor de moeders was het niet gebruikelijk oppas voor hun kinderen te regelen of in het donker alleen over straat te gaan. Toen de ouderavond een oudermiddag werd met kinderopvang, verschenen de moeders massaal.

Inmiddels vraag ik me af: zouden er daadwerkelijk ouders te vinden zijn die écht onbereikbaar zijn? Die zelfs onbereikbaar blijven als we de volhardende studenten van Kroeger en Lash op ze af zouden sturen, met hun zo onbevangen, oprechte vragen? Het stemt toch vrolijk om dat te durven betwijfelen.

Literatuur
Ji, C.S. & Koblinski, S.A., (2009). Parent involvement in children's education: an exploration study of urban, Chinese immigrant families. Urban Education 44 (6): 687-709. Doi: 10.1177/004208322706.

Kroeger, J., & Lash, M. (2011). Asking, listening, and learning: Toward a more thorough method of inquiry in home-school relations. Teaching and Teacher Education, 27, 268-277. Retrieved from: http://www.familydiversityeducationcouncil.org/upload/Kroeger_JaniceLash.pdf